Jochen Schoofs (1978) is schrijver en neerlandicus. Al sinds hij kan schrijven, schrijft Jochen. Op zijn zevende wilde hij niets liever dan een eigen bureau om aan te schrijven. Jaren later lag een studie Nederlandse taal- en letterkunde dan ook voor de hand maar een onverwachte liefde voor werken in de horeca won het.
Soms schrijft Jochen veel, vaak en met overtuiging. Deze periodes wisselt hij af met bijkans compleet letterloze tijden. Met eenzelfde onregelmaat blogt hij op zijn eigen site.
Een wijnrode Volkswagen kever uit 1979 staat geduldig in de schuur te wachten totdat Jochen tijd heeft om hem (of is het een haar?) de aandacht te geven die hij/zij verdient.
Hoogtevrees
Jochen Schoofs
gastblog
6 februari 2015
Het beste is het om het meteen maar te zeggen. Dus dat doe ik. Eromheen draaien heeft geen zin. Ik ben bang. Ik heb angst voor hoogtes.
Zoals iedere angst is ook mijn hoogtevrees irrationeel. Tenminste, dat zeggen anderen. In mijn ogen is dat onwaar. Als je vanaf een zekere hoogte valt, ben je dood. Of in ieder geval zwaar gewond. Dat is iets waar je best angstig voor mag zijn. Ik word dan ook pas bang vanaf die bepaalde hoogte. En ik heb angst wanneer ik op een huishoudtrap sta. Ik stel me zo voor dat wanneer je valt van zo'n trapje, je ledematen en nek dusdanig verstrikt raken tussen staanders en treden dat alles breekt.
Het is niet zo dat ik dingen laat vanwege mijn hoogtevrees. Ik laat mijn leven niet leiden door angst. Ik controleer wel goed of de trap die ik beklim stevig staat. Ik ben voorzichtig maar ik geniet heus wel van de weidse uitzichten vanaf een berg. Ik kijk alleen liever niet over de rand naar beneden. Ik reis ook gewoon met het vliegtuig: de eerste keer was toen ik op vakantie naar Griekenland ging. De laatste keer toen ik weer terug moest. Ik durf best op een balkon te staan. Mits de reling zeer stevig is.
Een voordeel van hoogtevrees is dat sommige filmscenes - wanneer iets zich afspeelt bovenop een flatgebouw bijvoorbeeld - een extra spanningslaag krijgen. Ik houd dan mijn handen voor mijn dichtgeknepen ogen. Dat helpt niet. Mijn hoogtevrees zit in mijn hoofd en laat mijn maag draaien.
Hoogtevrees is dan ook geen angst voor hoogtes maar een gebrek aan vertrouwen. Ik twijfel aan mezelf; of ik wel blijf staan als ik over de rand kijk. Breekt de leuning niet zomaar af? Gebrek aan vertrouwen en twijfel zijn de belangrijkste voedingsbodem voor angst. Soms twijfel ik aan de goedheid van mijn medemens. Vertrouw ik er niet op dat ik kan zeggen wat ik wil. Dan probeer ik enkel voorzichtig te zijn maar niet bang.