Liefde van de laatste tijd
verhaal
25 december 2015
De zwarte pakken schuiven papa in de auto. Op dat moment beginnen sneeuwvlokken naar beneden te dwarrelen. Dit moet een teken zijn. Iemand ontfermt zich over ons. Papa? Oma? Ik had verwacht dat ik hier in tranen zou staan. Maar in plaats daarvan voel ik berusting. Het is goed zo. We hebben alles gedaan wat we konden. Tot het laatste moment hebben we hem verzorgd. Zijn kinderen continu om hem heen. Een mooier einde hadden we hem niet kunnen geven.
Hij geloofde in niks, dus we komen elkaar na de dood nooit meer tegen. Dat zei hij althans. Maar ik begrijp niet waarom zijn hele huis dan gevuld was met Mariabeelden, iconen en andere relikwieën. Natuurlijk, hij ging niet naar de kerk. Maar dat is niet zo gek. Zijn ouders gingen ook niet, net als zijn grootouders sinds zijn opa ruzie kreeg met de pastoor. Dat moet nogal wat geweest zijn begin twintigste eeuw. Geloven kun je echter ook doen zonder naar de kerk te gaan. Er zijn veel meer gelovigen dan kerkelijken.
Het blijft typisch dat mijn vader opeens wel bediend wilde worden. Als je niet gelooft, is er geen enkele reden om daarvoor te kiezen. Of je moet het zekere voor het onzekere willen nemen. De pastoor kwam thuis om hem het Sacrament van de Zieken toe te dienen. Het samenzijn voelde zo warm. De pastoor was verbaasd toen hij alle religieuze zaken zag in het huis van mijn vader. Niemand zal ooit weten wat papa precies geloofde. Ik kan het hem nu niet meer vragen, maar hij zou er toch geen antwoord op hebben gegeven. Misschien wist hij het zelf niet eens.
Zou hij nu in de hemel zijn of onderweg erheen? Niet in de hel of het vagevuur in ieder geval. Daarvan heeft mijn vader hier op aarde al genoeg meegemaakt. De hel, dat was hijzelf. Gelukkig is hij nu bevrijd uit de krochten van zijn bestaan. Eigenlijk al een tijdje. Ik wou dat hij de liefde van de laatste tijd zijn hele leven had kunnen ervaren. De hemel, dat waren zijn drie dochters.