top of page
De valstrik - Jake Dutch
De slacht

Jake Dutch

verhaal

5 juni 2015

Die harde, blauwe ogen kijken me zacht aan. Natuurlijk is dat grijze haar in dat eeuwige knotje. De beloning als ik een braaf zwijntje was geweest. Ik kom weer in de realiteit als ik die Anne licht mijn eikel voel kussen. Ze pijpt me met dezelfde geraffineerdheid als een hoer die in het vak geboren is. De lust in het zuigen van haar neemt toe. Altijd die lust, altijd hooghartig beginnen en eindigen als een loopse teef.
                Je wilt geneukt worden in je smoel, dan zal ik je neuken in je smoel. Mijn heupen beginnen te bewegen en het ritme wordt door haar gevolgd. Krachtig pak ik haar hoofd beet, duw het naar beneden en ram met volle kracht mijn pik achter in haar keel. Gorgelgeluiden worden geproduceerd. Ze stopt direct.
  ‘Sorry. Het spijt me. Ik wist niet dat je dat vervelend vond.’
  Met licht betraande ogen zegt ze: ‘Geeft niet.’
Ik trek haar omhoog en we lopen naar haar hoogslaper.

 

Met mijn sweater nog aan lig ik boven haar en stoot rustig, zacht en voorzichtig. Het tempo dat mij geleerd en opgedragen is.
  Die koude, alles snijdende stem hoor ik in mijn hoofd: ‘Dames van stand worden met beleid bereden, zwijntje.’
Ik voel die dunne lippen, die allesoverheersende lippen die mijn hele gezicht kussen. Daarna voel ik die tong, die tong die altijd dwingend mijn mond binnenkomt en mijn tong onderwerpt. Hoe kan ik de geur vergeten. De geur van oud, die in schril contrast staat met het parfum, dat parfum dat ruikt naar bos en bloemen, munt, de munt van die vervloekte thee die ik altijd moest zetten en die rode wijn.
                En nu zie ik haar helemaal voor me. Compleet. De vrouw die ik altijd tante Corrie moest noemen, ligt nu voor me. Haar rode jarretels, rode nylonkousen en zwarte hakken heeft ze aan. Dat grijze haar in een knotje. Uit die felle, blauwe ogen is de minachting verdwenen. Haar naakte lijf, dat er voor haar leeftijd nog redelijk uitziet, is intimiderend door de parelketting om haar hals. Maar wat haar echt laat heersen, is dat ze nu op het zware, eikenhouten bed ligt en dat haar rechterhand, met aan elke vinger een gouden ring, rust op het toefje grijze schaamhaar. Grijnzend staart ze me aan.
  Haar benen openen zich en die koude stem van haar zegt: ‘Oké zwijntje, wees nu mijn wolfje en lik je teef klaar.’
De spanning is op zijn top. Eindelijk, de wolf kan nu toeslaan. Aoehh! Aoehh! Ik ga uit Anne. Ze rolt zich naar me toe. Ze wil warmte. Sorry, schat, nu ga ik slachten.

 

Binnen vijf seconden heb ik haar in de tevenpositie gezet. Ik ga naar binnen, maar niet zoals tante Corrie het zou willen. De eerste drie stoten zijn rustig, maar daarna ram ik die hooghartige snol. Die slet begint te kreunen. Nu, Björn! Nu mag de wolf komen. Aoehh!
                Razendsnel haal ik mijn pik uit die kut en beuk hem in dat sterretje. Ze heeft niet eens door dat ik in haar kont zit. Grijnzend zie ik dat ze het lekker vindt. Laten we kijken of ze het lekker blijft vinden. Rammend neuk ik die kont. Ik voel dat mijn pik te groot voor die anus wordt.
                Hard trek ik aan dat blonde haar en houd dat vast in die spanning. Het lichaam voelt nu niet soepel en meegaand. Nee, het staat bol van spanning. Het smeekt om te stoppen, maar niet nu. Een halve kreet ontsnapt aan haar lippen. Nee, hooghartige slet, je gaat het uitschreeuwen. Ik ram, en ik ram en ik blijf rammen. En ja hoor, de mevrouw in wiens klasse ik niet speelde, krijst het uit van de pijn.

 

  ‘Flikker op!’
  ‘Sorry, het spijt me.’
  ‘Donder op.’
Ik geef haar die blik die ik standaard aan tante Corrie gaf als ik iets deed wat niet mocht. De blik die de minachtende blauwe ogen voor een paar seconden, soms voor een half uur en heel soms voor uren, zacht bijna liefdevol maakte. De jacht is voorbij. Het is tijd om weg te gaan. Snel kleed ik me aan en prevel constant excuses. Ik wil hier zo snel mogelijk weg. Haar blik mag mijn geslaagde jacht niet verpesten.

 

Ik loop over de spoorbaan en nu is de tijd aangebroken om voor te bereiden voor het klaarmaken van mijn wild. Uit de achterzak van mijn spijkerbroek trek ik een pak Brandaris-zware-shag en haal daar een joint uit die gedraaid is met de skunksoort White Widow. Na twee hijsen daalt de stonedheid in.
                Dat perverse, oude, witte lijk dat meer dan tien jaar mijn leven heeft bepaald, komt tot leven in me. Het is een uur of tien in de ochtend. Aan alles is te voelen dat het een warme dag gaat worden. Het centrum is uitgestorven. Logisch, het is zondag. Met tante Corrie, die tot leven komt via mijn White-Widow-joint, begin ik te lopen naar mijn kamer in de Gorechtbuurt.

 

Vijfendertig minuten later ben ik thuis. Driekwart van mijn joint is op. Knetterstoned stap ik mijn kamer in. Ik weet niet hoe snel ik mijn schoenen, broek en boxer uit moet schoppen. Met mijn sweater nog aan ga ik op het bed liggen. Mijn pik is zo stijf en hard dat je daar een vrachtwagen op kan laten rusten. Het geladen wapen pak ik met rechts beet en terwijl ik me begin te rukken, is dat oude lijk nu prominent aanwezig. Ze is tastbaar voor me. Hetzelfde geldt voor die Anne. Beiden zijn nu zo echt dat ik details kan veranderen. De momenten dat Anne haar blik angstig was, plaats ik in de ogen van dat oude lijk.
                Yes, de valstrik werkt, dat zieke wijf neemt het over. Ik laat die oude hoer pijpen en ik beuk dieper dan ik met die Anne heb gedaan. Ik houd dat knotje zo hard beet, dat het los begint te hangen. Ze moet kokhalzen en uiteindelijk kotst ze over mijn pik heen.
  ‘Lik het op, oude zeug!’ Onwilligheid, machteloosheid en tranen, dat laat tante Corrie zien, maar ze likt het op. Ik trap haar van me af. Stuntelig valt dat oude, naakte lichaam op de grond met die belachelijke, rode nylonkousen en zwarte hakken.
                Ik spring op, grijp haar bij haar knot, die loshangt, en sleep haar over de grond naar de muur. Ik sleur haar overeind en sla haar hoofd tegen de muur. Ze wil schreeuwen.
  ‘Houd je bek! Zo mag je schreeuwen en geloof me, dat ga je doen!’
Mijn keiharde lul pomp ik in haar kontgat. Bij elke stoot sla ik haar hoofd tegen de muur. De schreeuw van Anne wordt haar schreeuw, maar dan intenser, met meer pijn. Niet de pijn die plotseling en kort is, maar pijn die aanhoudend en lang is. Het zaad wil eruit.
  ‘Is mijn naam Zwijntje, zeug?!’
  ‘Nee!’
  ‘Is mijn naam Wolfje?!’
  ‘Nee! Je naam is Björn! Alsjeblieft stop! Stop!’, krijst ze uit.
De climax komt. Het zaad spuit eruit. Er zijn zelfs klodders te vinden in mijn hals en op mijn kin.              

 

Voor een poos lig ik sereen en zonder gedachten op mijn bed. Dan sta ik op. Het laatste dat ik moet doen. Ik steek de joint aan en ik druk de smeulende top uit onder de vijf andere brandmerken op mijn onderarm. Anne was de zesde in zeven jaar tijd. De stonedheid is nog een beetje aanwezig, licht voel ik de blaarvorming van de brandwond. De sweater is uit, ik zal hem niet meer dragen. De rust is voor een periode terug. Uitgeteld ben ik nu en met zware ogen staar ik naar het plafond. Tranen wellen op in mijn ogen. Je hebt een monster van mij gemaakt, tante Corrie.

Lees helemaal:

bottom of page