Grote viezerik
blog
6 november 2019
Ik durfde het niet toen ik mijn vriend pas twee weken kende. Bang dat hij direct de benen zou nemen. Ik waarschuwde hem wel dat hij er rekening mee moest houden voor de toekomst. Bleek dat hij zich aan deze gewoonte altijd enorm geërgerd had bij zijn ex. Als een hond likte zij haar bord schoon; een vaatwasser was niet meer nodig. Nu durf ik dus helemaal niet meer.
Iedere zaterdag at ik als kind bij mijn vader biefstuk met friet. Saignant, rood van binnen zoals het hoort. Een Fransman kijkt je verbaasd maar ook goedkeurend aan als je je tournedos op die manier bestelt. De biefstuk veert terug als je erop duwt. Ik lik spontaan mijn lippen, die wel. Mijn vader bakte de heerlijkste kogelbiefstuk. Hij leerde het mij en ik doe het nog steeds op zijn manier. Het bakken althans. Mijn vader heb ik nooit kunnen betrappen op het aflikken van zijn bord, maar mij heeft hij er niet van kunnen weerhouden. Of hij heeft het niet geprobeerd. Als ik mijn oma mocht geloven, was mijn vader als kind een grote viezerik aan tafel.
Nu vraag ik me af wat het moment is om smerige gewoontes te introduceren in je relatie. Ik wil weten wanneer ik ongegeneerd in mijn neus kan pulken en het snot kan opeten. Wanneer kan ik zonder schaamte een enorm stinkende scheet laten? En wanneer o wanneer kan ik eindelijk als een roofdier het bloed van mijn biefstuk opslurpen?
Lees ook: