Het originele embleem van de Oeteldonksche Club, te herkennen aan de tekst op de achterkant.
Lees meer over:
Zakkenrollers en andere dieven
blog
31 januari 2018
Vele tienduizenden mensen bezoeken ieder jaar carnaval in Den Bosch. Bosschenaren maar ook toeristen uit de rest van het land trekken naar Oeteldonk. Carnaval is dan ook big business. Kroegbazen en restauranteigenaren verdienen een groot deel van hun jaaromzet tijdens deze dagen. Kapitalen worden verkregen met de verkoop van kikkers, rood-wit-gele dassen en andere Oeteldonkse accessoires.
De Oeteldonksche Club van 1882 organiseert het Bossche carnaval. De Intocht van de Prins op zondag, de Grote Optocht op maandag, de begrafenis van Knillis, een enorme pop van de vermeende stichter van Oeteldonk, op dinsdagavond en allerlei andere activiteiten. En alles gebeurt door vrijwilligers. De functies van de Prins en andere hoogwaardigheidsbekleders zijn onbezoldigd. De bouwers van de carnavalswagens zetten zich belangeloos in. De makers van de eerste Oeteldonkse glossy, waarin onlangs mijn column verscheen, krijgen niet betaald voor hun werk. Alles liefdewerk, oud papier. Maar toch kost dit enorme evenement een hoop geld. De gemeente ’s-Hertogenbosch betaalt een deel. Sponsoren dragen hun steentje bij. Maar het meeste geld wordt opgebracht door de Oeteldonksche Club. Door de contributie van leden maar ook door merchandising. Ieder jaar wordt een nieuw embleem uitgebracht, passend bij het thema van dat jaar. Oeteldonkers naaien die emblemen op hun boerenkielen of jasjes. De officiële emblemen worden verkocht via Hendrien.org en enkele andere officiële verkooppunten.
Nu blijken er echter ook nepemblemen in omloop te zijn. Gekopieerd als door een Chinees voor wie namaak het hoogst haalbare is. Door de vervalsingen loopt het Bossche carnaval tienduizenden euro’s mis. Dus naast zakkenrollers zijn er nu ook andere dieven in Oeteldonk.