Sylvia Visser

Volledig van slag was ik door het resultaat van dit onderzoek. De MS had niet alleen mijn handen, armen en benen aangetast, maar ik was ook een stuk debieler geworden. Mijn revalidatiearts wilde het NPO, het neuropsychologisch onderzoek, niet laten doen aangezien ze niks merkte aan mijn cognitief functioneren. Ik liet het echter op eigen kosten uitvoeren, omdat ik zeker wilde weten dat de MS behalve mijn handen, armen en benen niet ook nog mijn denken had aangetast. Wel dus.

 

Mijn psycholoog wilde de uitslag van het onderzoek niet geloven. Hij kende mij al jaren en wist, net als de revalidatiearts, zeker dat er niks mis was met mijn hersenen. Nou ja, met mijn denken dan. Zoals het een goede academicus betaamt, trok mijn psycholoog het afgenomen onderzoek in twijfel. Hij analyseerde de test opnieuw en concludeerde dat de onervaren psychologe handfunctie had gemeten in plaats van cognitie. Op de onderdelen waarbij ik iets met mijn handen moest doen, zoals blokjes leggen of lijnen trekken, scoorde ik slechter. Zelfs zo slecht dat ik volgens de test op het niveau zat van iemand met het syndroom van Down. Voor de overige onderdelen scoorde ik gewoon zoals je van iemand met een universitaire opleiding mag verwachten.

 

In paniek appte ik deze week een intelligente schrijver die ik zeer bewonder. Ik had een nieuw horloge en snapte maar niet hoe het bandje werkte. De onervaren psychologe had destijds toch gelijk gehad. Wat ik ook probeerde, het lukte me niet het horloge om te krijgen. Alhoewel me al vaker uitgelegd was hoe het werkte, begreep ik maar niet hoe het horloge om te krijgen. Vroeger zou ik het prima gekund hebben, maar nu glipte het me door de vingers. Zoals de rest van mijn leven. Nadat ik de schrijver verteld had over het onderzoek waarbij handfunctie gemeten was in plaats van cognitie, reageerde hij boos:

 

   ‘Jij weet toch ook wel dat je geen mongooltje bent, gekkie? Ik snap dat je schrikt van zo’n rare test, maar dit is duidelijk onzin. Sterker nog, het is zo’n onzin dat ik jou niet de komende zes maanden blijf overtuigen dat je géén mongooltje bent. Doe dus maar snel weer normaal.’