top of page
Oer-Hollands
Oer-Hollands

verhaal

8 oktober 2018

‘Je hebt een nieuwe fles?’ Mijn hulp wijst op een van de flessen in de vensterbank. Flessen die nauwelijks leger worden, maar die lijken te schreeuwen dat ik alcoholist ben.
‘Je mag wel proeven’, zeg ik.
Een glimlach verschijnt op haar gezicht, ze kijkt op de klok. ‘Nee, ik moet nog rijden. En het is veel te vroeg voor alcohol.’ Haar mondhoeken zakken naar beneden.
Ik schud mijn hoofd en lach. ‘Niet de hele fles! Daar, in die kast staan borrelglazen.’
Ze fleurt op en opent de kastdeur. Veel aanmoediging heeft ze niet nodig. Behoedzaam giet ze een bodem in het toch al kleine glaasje. ‘Dat is lekker! O, echt een vrouwendrankje!’ Ze likt haar lippen af.
‘Heerlijk, hè. Vind ik ook. Het is stroopwafellikeur.’
‘Stroopwafels zijn toch Nederlands?, vraagt ze.
Ik knik. ‘Een oer-Hollands product.’
‘Waar heb je die fles vandaan?’

Ik denk aan de stroopwafelverkoper. Spontaan gaf hij hem aan mij, omdat ik vertelde dat ik jarig was. Nooit verwacht. ‘Kun je kopen op de markt op zaterdag.’
‘Waar?!’ Ze lacht van oor tot oor.
‘Bij dat mannetje dat die verse stroopwafels verkoopt.’
‘Weet ik niet waar die staat.’
‘Aan de kant van de bloemenwinkel.’
‘Ik ga een fles halen!’ Ze straalt.
‘Zou ik zeker doen’, zeg ik.
Haar gezicht betrekt weer. ‘O, nee. Dat kan niet. Ik kan niet meer drinken, ik heb een kindje.’
‘Wat een onzin’, zeg ik. ‘Natuurlijk wel.’
‘Ik moet kunnen rijden als er iets is.’
Ik schud mijn hoofd. ‘Een of twee glaasjes kan wel.’
Ze schiet in de lach. ‘Ik ben Pools, hè.’

Lees ook:

bottom of page