Lees ook:
Vuurwerk
blog
27 mei 2015
Getriggerd door mijn verhaal ‘De theekoepel’ informeerde de schrijver Jake Dutch naar een vervolg. Ik reageerde dat hij dat zelf mocht bedenken. ‘Dat zal ik zeker doen’, antwoordde hij. Ik dacht dat het daar wel bij zou blijven, maar in een privébericht stelde hij voor om de vertelling samen verder uit te werken. Hij vanuit het perspectief van Bjorn of Björn en ik vanuit de ik-persoon in ‘De theekoepel’. Na even twijfelen ging ik akkoord. Het leek me een interessant schrijfexperiment.
Dus zo gezegd, zo gedaan. Enthousiast schrijven we nu samen aan de verhalencyclus ‘De Blauwe Engel’. Nou ja, als ik heel eerlijk ben, heeft het iets meer voeten in de aarde dan dat. Samenwerken is namelijk niet mijn sterkste punt. In je curriculum vitae beschrijf je die eigenschap als ‘kan heel goed zelfstandig werken’. Nature or nurture? Ik vermoed dat dit gedrag aangeboren is. Als kind koos ik al nooit voor teamsporten. Ik prefereerde altijd solitaire sporten als zwemmen, paardrijden en tennis (die laatste kunnen we wel bijna een teamsport noemen, aangezien je het met z’n tweeën doet). Aan groepswerk op school had ik vroeger ook een hekel. Ik heb niemand anders nodig om mijn werk te verprutsen. Dat kan ik immers heel goed zelf.
Wat bezielt me dan in godsnaam om toch samen met een andere schrijver aan een verhalencyclus te werken? En dan ook nog met iemand die eveneens geen voorkeur lijkt te hebben voor een overlegstructuur. Sterker nog, hij heeft een voorliefde voor boksen, kickboksen en andere vechtsporten. Dus regelmatig staan we tegenover elkaar te briesen in de ring. De vonken vliegen ervanaf. Een time-out blijkt soms noodzakelijk. Een gewapende vrede, zeg maar. Tot het volgende moment van vuurwerk. Maar ach, af en toe lekker knallen klaart de lucht.
Lees de verhalencyclus: