Sylvia Visser

‘Gortdroog, net de vagina van mijn vrouw!’

Jeroen begiet alle plantjes in de tuin. Ze smeken om vocht. Het heeft al weken niet of nauwelijks geregend, het lijkt hier wel de Sahara. Precies zoals zijn auto die ene keer dat er wel wat uit de lucht kwam vallen. Hij kon meteen naar de wasstraat.

 

De bloemetjes in de tuin kan hij tenminste nog nat maken. Er waren tijden dat hij dat bij zijn vrouw ook kon. Hij verlangt ernaar zijn vingers onder haar korte rokje door te halen, maar dan wijst ze hem gegarandeerd af. Ze giechelde vroeger wanneer hij dat deed als ze aan het aanrecht stond. Plotseling trok hij met zijn vingers een spoor tussen haar lippen door. Hij liet haar plagend smachtend achter.