top of page
Revalidatiecentrum
Revalidatiecentrum

verhaal

22 januari 2018

‘Je gaat echt niets vooruit.’ De fysiotherapeut kijkt hem met een serieuze blik aan.
Yari houdt de brug vast. Zijn ogen worden groot. ‘Dat is niet waar! Kijk. Ik kan nu bijvoorbeeld weer mijn romp draaien zonder om te vallen. Ik ga wél vooruit.’
‘Ja, maar het schiet niet echt op.’ De mondhoeken van de fysio hangen naar beneden.
‘Vind je het gek?! Ik heb net buikgriep gehad. Zo kan ik toch niet revalideren.’
‘Nee, oké. Dat helpt niet.’ De therapeut houdt haar hoofd schuin.
‘Nee, precies. En eerst was ik ziek door die allergische reactie’, zegt Yari.
‘Het zit inderdaad niet echt mee.’ Ze zucht.
‘Ik word er boos van. Het lijkt wel alsof ik niet mag revalideren!’

‘De revalidatiearts komt straks even langs.’
‘O? Waarom?’, vraagt hij.
‘Kijken hoe het gaat. En bespreken hoe nu verder.’
Yari knijpt zijn ogen een beetje samen.
‘Ik merk dat ik tegen mijn eigen grenzen aanloop. Ik wil je heel graag helpen, maar ik heb beperkte mogelijkheden hier’, zegt de fysiotherapeut.
Yari zwijgt.
‘Hoe zou je staan tegenover opname in een revalidatiecentrum?’
Hij slikt.

‘Eigenlijk zou ik meerdere keren per dag met je willen oefenen, maar dat kan hier niet. En twee keer per week is te weinig. Zeker omdat je hoge doelen hebt’, zegt ze.
‘Die heb ik zeker. Ik zou niet weten waarom ik bij voorbaat al het bijltje erbij neer zou gooien. Ik kan het in ieder geval proberen.’
‘Ik denk dat ze je daar beter kunnen begeleiden. Ze kunnen vaker op een dag met je trainen. En doordat je daar slaapt, ben je je energie niet al kwijt aan de reis erheen.’
‘Is goed’, zegt Yari. Hij wringt zijn lippen samen.
‘Ja?’, vraagt de fysiotherapeut met opgetrokken wenkbrauwen.
‘Ja’, zegt hij. ‘Ik vind het natuurlijk niet leuk, maar ik wil vooruit. En als dit is wat daarvoor nodig is, dan moet het maar.’

Lees ook:

bottom of page