Sylvia Visser

schrijver, neerlandicus

  • Home

  • Boek

  • Verhalen

  • Blog

  • Thema's

  • Over Sylvia

  • Contact

  • Meer

    Fikkie stoken
    Delen
    Fikkie stoken

    verhaal

    15 mei 2017

    Geloei klinkt opeens over de hele verdieping. Van schrik grijpt Bram naar zijn borst. Hij doet zijn huisgenoot nog een keer wat. Die heeft dus toch weer de batterijen erin gedaan. Idioot! Bram rolt met zijn ogen. Je snapt toch wel dat je een rookmelder niet in de keuken moet ophangen. Hij schopt de vuilniszakken opzij en zet de buitendeur open.

    Zo maakt zijn moeder ze ook altijd. Heel dunne schijfjes. Nog geen millimeter. Voor hem is het veel werk, want hij heeft geen keukenmachine. Toch heeft hij het er graag voor over. Ach, en het is ook maar voor één persoon. Dus de arbeid valt te overzien. Boven de koekenpan houdt Bram een aardappel in zijn ene hand en met het mesje in de andere snijdt hij dunne plakjes eraf. De bodem van de pan is inmiddels niet meer te zien. Dus even omschudden. Als een volleerd chef gooit hij de aardappelschijfjes omhoog. Als een kok in opleiding vangt hij het grootste deel weer op. De rest belandt op het gasfornuis.
                   
    ‘Jezus, joh! Ben je een fikkie aan het stoken?’ Zijn huisgenoot  wuift met zijn hand de rook weg voor zijn gezicht.
    ‘Sorry!’ Hij moet de aardappels nu eenmaal op hoog vuur bakken. Dan worden ze het lekkerst. Hij schudt ze weer om en overweegt de gevallen schijfjes van het fornuis te rapen. Nee, toch maar niet. Binnenkort lopen ze zelf wel weg. Op de bovenste verdieping hebben ze aluminiumfolie over het fornuis gedaan. Dan hoeven ze het niet zo vaak schoon te maken. Leuke theorie. Alleen jammer dat ze vergeten zijn dat ze dan af en toe wel het zilverpapier moeten vervangen. Inmiddels zit dat helemaal vastgeplakt door het vet. Leuk klusje als je de keuken moet schoonmaken. Volgend jaar of het jaar daarna.

    Laatste Moederdag
    Laatste Moederdag
    ‘En wat denk je van mij dan? Ik moet jullie allebei missen.’
    Niets begrijp ik van wat mama nu zegt. Haar hersenen zijn toch niet aangetast? Ik trek mijn wenkbrauwen op en kijk mijn broer aan. Hij reageert er niet op, maar stapt stevig door achter de rolstoel.
    Moffenhoer
    Moffenhoer
    ‘Ich liebe dich’, zei hij.
    ‘Ich auch.’
    Eva zag hem voor het eerst toen hij om haar persoonsbewijs vroeg. Ze kreeg een kleur door zijn vinger die de hare raakte. Joseph zag het en knipoogde. Zij werd nog roder. Snel liep ze door. Wat bezielde haar om te flirten met een Duitser?
    Zijn prinsesje
    Zijn prinsesje
    ‘Noa, voorzichtig!’ Doodeng vindt Willem het hoe die kleine meid nu zelf fietst. Voor het eerst buiten de eigen buurt. Loslaten moet toch een keer en er is weinig verkeer vandaag. Koningsdag lijkt dus een goed moment. Trots kijkt Noa om op haar versierde fietsje. ‘Voor je kijken!’ Om het frame zitten rode, witte en blauwe slingers van crêpepapier. Oranje vlaggetjes aan het stuur en ballonnen aan de bagagedrager. De hele ochtend heeft ze er hard aan gewerkt. Met een beetje hulp natuurlijk.
    Paaseieren
    Paaseieren
    Of ik mee eieren ging zoeken. Een romantischer invulling van Pasen kon ik me niet voorstellen. Of hij de symboliek ook zag, weet ik niet. Maar ik wilde niets liever. De laatste keer dat ik eieren zocht, was ik nog maar een klein meisje. De buren hadden kippen en dus veel eieren.
    Verboden vruchten
    Verboden vruchten
    En haar man maar denken dat hij een keurige dame heeft getrouwd. Dyon blijft een tijd op een afstand staan. Met zijn ogen raakt hij alles aan. Haar zwarte laarzen met naaldhakken. Haar gespreide benen waardoor hij precies in het open kruis van haar slipje kijkt. Ze glimlacht, maar haar lippen trillen. Het ongemakkelijke gevoel windt haar op. Zij is zijn lustobject.
    Mijn Turkse kapper
    Mijn Turkse kapper
    ‘Lekker kort knippen nu het mooier weer gaat worden?’
    ‘Dan maakt mijn vrouw me af’, zeg ik. Ik lach. Moeders wil is wet.
    De kapper zet de wasbak bij me neer en trekt me aan mijn schouders achterover.
    ‘Belachelijk wat er dit weekend is gebeurd, hè!’
    Valentijn
    Valentijn
    Steeds onrustiger werden ze. De hele ochtend hadden ze al zitten wachten. Maar nu klonk een hoop rumoer uit andere lokalen op hun verdieping. Ze waren dus bijna aan de beurt. Wekenlang stond er in de kantine al een tafel met inschrijfformulieren. Zij had uiteraard geen roos gekocht. Ze had geen interesse in die jongetjes uit haar klas.
    Sorry
    Sorry
    Ik glimlach als ik een blik werp op de andere weghelft. Daar heeft Kensington wel een punt. Sorry, mensen. Ik steek verontschuldigend mijn hand op. Aan de andere kant staat het muurvast zoals iedere dag. Gelukkig rijd ik zowel ’s ochtends als aan het eind van de dag de goede richting op. Ik heb nooit file.
    Oost-Europees mokkel
    Oost-Europees mokkel
    Zalig de armen van geest
    Zalig de armen van geest
    Jaloers keek hij altijd naar de kinderen die meteen begonnen met schrijven. Hij kon dat niet. Bijna de hele opstel-les bestudeerde hij de posters in het lokaal. Of hij staarde door het raam naar buiten. Soms kruiste zijn blik die van de onderwijzer. Geschrokken sloeg hij dan zijn ogen neer. Hij moest aan het werk. Niet dromen.
    Laatste Moederdag
    Laatste Moederdag
    ‘En wat denk je van mij dan? Ik moet jullie allebei missen.’
    Niets begrijp ik van wat mama nu zegt. Haar hersenen zijn toch niet aangetast? Ik trek mijn wenkbrauwen op en kijk mijn broer aan. Hij reageert er niet op, maar stapt stevig door achter de rolstoel.
    Moffenhoer
    Moffenhoer
    ‘Ich liebe dich’, zei hij.
    ‘Ich auch.’
    Eva zag hem voor het eerst toen hij om haar persoonsbewijs vroeg. Ze kreeg een kleur door zijn vinger die de hare raakte. Joseph zag het en knipoogde. Zij werd nog roder. Snel liep ze door. Wat bezielde haar om te flirten met een Duitser?
    Zijn prinsesje
    Zijn prinsesje
    ‘Noa, voorzichtig!’ Doodeng vindt Willem het hoe die kleine meid nu zelf fietst. Voor het eerst buiten de eigen buurt. Loslaten moet toch een keer en er is weinig verkeer vandaag. Koningsdag lijkt dus een goed moment. Trots kijkt Noa om op haar versierde fietsje. ‘Voor je kijken!’ Om het frame zitten rode, witte en blauwe slingers van crêpepapier. Oranje vlaggetjes aan het stuur en ballonnen aan de bagagedrager. De hele ochtend heeft ze er hard aan gewerkt. Met een beetje hulp natuurlijk.
    Paaseieren
    Paaseieren
    Of ik mee eieren ging zoeken. Een romantischer invulling van Pasen kon ik me niet voorstellen. Of hij de symboliek ook zag, weet ik niet. Maar ik wilde niets liever. De laatste keer dat ik eieren zocht, was ik nog maar een klein meisje. De buren hadden kippen en dus veel eieren.
    Verboden vruchten
    Verboden vruchten
    En haar man maar denken dat hij een keurige dame heeft getrouwd. Dyon blijft een tijd op een afstand staan. Met zijn ogen raakt hij alles aan. Haar zwarte laarzen met naaldhakken. Haar gespreide benen waardoor hij precies in het open kruis van haar slipje kijkt. Ze glimlacht, maar haar lippen trillen. Het ongemakkelijke gevoel windt haar op. Zij is zijn lustobject.
    Mijn Turkse kapper
    Mijn Turkse kapper
    ‘Lekker kort knippen nu het mooier weer gaat worden?’
    ‘Dan maakt mijn vrouw me af’, zeg ik. Ik lach. Moeders wil is wet.
    De kapper zet de wasbak bij me neer en trekt me aan mijn schouders achterover.
    ‘Belachelijk wat er dit weekend is gebeurd, hè!’
    Valentijn
    Valentijn
    Steeds onrustiger werden ze. De hele ochtend hadden ze al zitten wachten. Maar nu klonk een hoop rumoer uit andere lokalen op hun verdieping. Ze waren dus bijna aan de beurt. Wekenlang stond er in de kantine al een tafel met inschrijfformulieren. Zij had uiteraard geen roos gekocht. Ze had geen interesse in die jongetjes uit haar klas.
    Sorry
    Sorry
    Ik glimlach als ik een blik werp op de andere weghelft. Daar heeft Kensington wel een punt. Sorry, mensen. Ik steek verontschuldigend mijn hand op. Aan de andere kant staat het muurvast zoals iedere dag. Gelukkig rijd ik zowel ’s ochtends als aan het eind van de dag de goede richting op. Ik heb nooit file.
    Oost-Europees mokkel
    Oost-Europees mokkel
    Zalig de armen van geest
    Zalig de armen van geest
    Jaloers keek hij altijd naar de kinderen die meteen begonnen met schrijven. Hij kon dat niet. Bijna de hele opstel-les bestudeerde hij de posters in het lokaal. Of hij staarde door het raam naar buiten. Soms kruiste zijn blik die van de onderwijzer. Geschrokken sloeg hij dan zijn ogen neer. Hij moest aan het werk. Niet dromen.

    Lees ook:

    • Grey Facebook Icon
    • Grey Twitter Icon
    • Grey LinkedIn Icon
    • Grey Tumblr Icon
    • Grey Pinterest Icon
    • Grey YouTube Icon
    • Grey Instagram Icon

    © 2013 - 2021 Sylvia Visser All rights reserved

    • Grey Facebook Icon
    • Grey Twitter Icon
    • Grey LinkedIn Icon
    • Grey Tumblr Icon
    • Grey Pinterest Icon
    • Grey YouTube Icon
    • Grey Instagram Icon