Sylvia Visser

schrijver, neerlandicus

  • Home

  • Boek

  • Verhalen

  • Blog

  • Thema's

  • Over Sylvia

  • Contact

  • Meer

    Niet chill
    Delen
    Niet chill

    verhaal

    18 maart 2016

    ‘Pff die zak heeft er koffie overheen gegooid!’, roept Camiel.
    De Bruin krimpt ineen. Normaal zou hij niet tolereren dat ze hem zo noemen.
    ‘Bij mij ook.’ Merel kijkt boos opzij.
    De leraar deelt de rest van de werkstukken uit en probeert niet te verblikken of verblozen. Hij weet dat ze gelijk hebben. Het is schandalig dat hij hun werk bevuild heeft. Maar hij was zo moe. Aan het eind van zijn Latijn.

     

    De docent gaat midden voor de klas staan als hij klaar is met uitdelen. Het blijft rumoerig.
    ‘Jongens, stilte graag.’
    Verstoorde blikken gaan zijn kant op. De leerlingen bladeren druk in hun werkstukken. Dit gaat altijd zo als hij nagekeken werk teruggeeft. Daarom doet hij dat het liefst pas aan het eind van de les, alhoewel hij dan wel het risico loopt dat het hem zijn pauze kost. Meteen zoeken ze of hij niet ergens een foutje heeft gemaakt. Of ze er niet een tiende punt bij kunnen lullen. Soms staan de leerlingen in hun recht, maar vaak is het verspilling van zijn en hun tijd. Gelukkig kent hij zijn pappenheimers.

     

    Het kost wat geduld, maar uiteindelijk verstomt het kabaal. Mede dankzij enkele brave meisjes die hun klasgenoten tot de orde roepen.
    ‘Hé hou eens stil! Hij wil wat zeggen.’ De toon irriteert hem, maar De Bruin gedoogt het.
    ‘Jongens, het spijt me heel erg. Jullie hebben het al wel gezien.’
    Gebrom klinkt op uit enkele kelen.
    ‘Op sommige werkstukken zit koffie.’
    ‘Lepra!’, roept een van de slachtoffers. Boze ogen van de docent snoeren hem de mond.
    ‘Ik vind het ontzettend vervelend en ik wil jullie daarom graag uitleggen wat er is gebeurd.’

    ‘Ik was aan het nakijken gisteravond. Normaal drink ik niks bij jullie werk. Precies hierom.’
    ‘Hebben we wat aan’, mompelt Annabel. De Bruin kijkt naar haar en pauzeert kort.
    ‘Het was elf uur en ik kon mijn ogen bijna niet meer openhouden. Maar ik wilde jullie vandaag de werkstukken teruggeven.’
    ‘Moeten we nou ook nog dankbaar zijn of zo?’, vraagt Marc retorisch.
    ‘Nee, Marc, maar ik wil het graag toelichten.’
    ‘Nou, ik vind het echt niet chill.’

    ‘Marc, zeik niet zo. Wat wou je ermee doen? Inlijsten en boven je bed hangen?’, sneert Anouk.
    Gegrinnik klinkt uit de klas. De Bruin is het populaire, maar irritant luie meisje dankbaar. Misschien valt ze toch wel mee.
    Anouk gaat verder. ‘U kunt het wel goed maken, hoor, meneer. Geef ons gewoon allemaal een punt erbij.’
    De hele klas lacht. Nu is hij dus nog verder van huis. Kutwijf.

    Lees ook:

    Boek lopen gie
    Boek lopen gie
    ‘Pak eens een handdoek voor me.’
    Sanne loopt naar de kast en geeft een handdoek aan haar vader.
    Hij kijkt haar verbaasd aan. ‘Nee, een handdoek.’
    ‘Ja, een handdoek.’ Ze wijst naar de rode keukenhanddoek.
    ‘Godverdomme, ik zeg toch: een handdoek!’ Zuchtend en kreunend komt haar vader overeind en loopt zelf naar de kast. Het doet pijn hem zo te zien. In korte tijd is hij een oude man geworden.
    ‘Hier! Een handdoek!’, zegt hij geïrriteerd als hij weer gaat zitten. Met schokkende bewegingen toont hij
    Fikkie stoken
    Fikkie stoken
    Zo maakt zijn moeder ze ook altijd. Heel dunne schijfjes. Nog geen millimeter. Voor hem is het veel werk, want hij heeft geen keukenmachine. Toch heeft hij het er graag voor over. Ach, en het is ook maar voor één persoon. Dus de arbeid valt te overzien. Boven de koekenpan houdt Bram een aardappel in zijn ene hand en met het mesje in de andere snijdt hij dunne plakjes eraf. De bodem van de pan is inmiddels niet meer te zien. Dus even omschudden. Als een volleerd chef gooit hij de
    Laatste Moederdag
    Laatste Moederdag
    ‘En wat denk je van mij dan? Ik moet jullie allebei missen.’
    Niets begrijp ik van wat mama nu zegt. Haar hersenen zijn toch niet aangetast? Ik trek mijn wenkbrauwen op en kijk mijn broer aan. Hij reageert er niet op, maar stapt stevig door achter de rolstoel.
    Moffenhoer
    Moffenhoer
    ‘Ich liebe dich’, zei hij.
    ‘Ich auch.’
    Eva zag hem voor het eerst toen hij om haar persoonsbewijs vroeg. Ze kreeg een kleur door zijn vinger die de hare raakte. Joseph zag het en knipoogde. Zij werd nog roder. Snel liep ze door. Wat bezielde haar om te flirten met een Duitser?
    Paaseieren
    Paaseieren
    Of ik mee eieren ging zoeken. Een romantischer invulling van Pasen kon ik me niet voorstellen. Of hij de symboliek ook zag, weet ik niet. Maar ik wilde niets liever. De laatste keer dat ik eieren zocht, was ik nog maar een klein meisje. De buren hadden kippen en dus veel eieren.
    Verboden vruchten
    Verboden vruchten
    En haar man maar denken dat hij een keurige dame heeft getrouwd. Dyon blijft een tijd op een afstand staan. Met zijn ogen raakt hij alles aan. Haar zwarte laarzen met naaldhakken. Haar gespreide benen waardoor hij precies in het open kruis van haar slipje kijkt. Ze glimlacht, maar haar lippen trillen. Het ongemakkelijke gevoel windt haar op. Zij is zijn lustobject.
    Mijn Turkse kapper
    Mijn Turkse kapper
    ‘Lekker kort knippen nu het mooier weer gaat worden?’
    ‘Dan maakt mijn vrouw me af’, zeg ik. Ik lach. Moeders wil is wet.
    De kapper zet de wasbak bij me neer en trekt me aan mijn schouders achterover.
    ‘Belachelijk wat er dit weekend is gebeurd, hè!’
    Sorry
    Sorry
    Ik glimlach als ik een blik werp op de andere weghelft. Daar heeft Kensington wel een punt. Sorry, mensen. Ik steek verontschuldigend mijn hand op. Aan de andere kant staat het muurvast zoals iedere dag. Gelukkig rijd ik zowel ’s ochtends als aan het eind van de dag de goede richting op. Ik heb nooit file.
    Oost-Europees mokkel
    Oost-Europees mokkel
    Zalig de armen van geest
    Zalig de armen van geest
    Jaloers keek hij altijd naar de kinderen die meteen begonnen met schrijven. Hij kon dat niet. Bijna de hele opstel-les bestudeerde hij de posters in het lokaal. Of hij staarde door het raam naar buiten. Soms kruiste zijn blik die van de onderwijzer. Geschrokken sloeg hij dan zijn ogen neer. Hij moest aan het werk. Niet dromen.
    Boek lopen gie
    Boek lopen gie
    ‘Pak eens een handdoek voor me.’
    Sanne loopt naar de kast en geeft een handdoek aan haar vader.
    Hij kijkt haar verbaasd aan. ‘Nee, een handdoek.’
    ‘Ja, een handdoek.’ Ze wijst naar de rode keukenhanddoek.
    ‘Godverdomme, ik zeg toch: een handdoek!’ Zuchtend en kreunend komt haar vader overeind en loopt zelf naar de kast. Het doet pijn hem zo te zien. In korte tijd is hij een oude man geworden.
    ‘Hier! Een handdoek!’, zegt hij geïrriteerd als hij weer gaat zitten. Met schokkende bewegingen toont hij
    Fikkie stoken
    Fikkie stoken
    Zo maakt zijn moeder ze ook altijd. Heel dunne schijfjes. Nog geen millimeter. Voor hem is het veel werk, want hij heeft geen keukenmachine. Toch heeft hij het er graag voor over. Ach, en het is ook maar voor één persoon. Dus de arbeid valt te overzien. Boven de koekenpan houdt Bram een aardappel in zijn ene hand en met het mesje in de andere snijdt hij dunne plakjes eraf. De bodem van de pan is inmiddels niet meer te zien. Dus even omschudden. Als een volleerd chef gooit hij de
    Laatste Moederdag
    Laatste Moederdag
    ‘En wat denk je van mij dan? Ik moet jullie allebei missen.’
    Niets begrijp ik van wat mama nu zegt. Haar hersenen zijn toch niet aangetast? Ik trek mijn wenkbrauwen op en kijk mijn broer aan. Hij reageert er niet op, maar stapt stevig door achter de rolstoel.
    Moffenhoer
    Moffenhoer
    ‘Ich liebe dich’, zei hij.
    ‘Ich auch.’
    Eva zag hem voor het eerst toen hij om haar persoonsbewijs vroeg. Ze kreeg een kleur door zijn vinger die de hare raakte. Joseph zag het en knipoogde. Zij werd nog roder. Snel liep ze door. Wat bezielde haar om te flirten met een Duitser?
    Paaseieren
    Paaseieren
    Of ik mee eieren ging zoeken. Een romantischer invulling van Pasen kon ik me niet voorstellen. Of hij de symboliek ook zag, weet ik niet. Maar ik wilde niets liever. De laatste keer dat ik eieren zocht, was ik nog maar een klein meisje. De buren hadden kippen en dus veel eieren.
    Verboden vruchten
    Verboden vruchten
    En haar man maar denken dat hij een keurige dame heeft getrouwd. Dyon blijft een tijd op een afstand staan. Met zijn ogen raakt hij alles aan. Haar zwarte laarzen met naaldhakken. Haar gespreide benen waardoor hij precies in het open kruis van haar slipje kijkt. Ze glimlacht, maar haar lippen trillen. Het ongemakkelijke gevoel windt haar op. Zij is zijn lustobject.
    Mijn Turkse kapper
    Mijn Turkse kapper
    ‘Lekker kort knippen nu het mooier weer gaat worden?’
    ‘Dan maakt mijn vrouw me af’, zeg ik. Ik lach. Moeders wil is wet.
    De kapper zet de wasbak bij me neer en trekt me aan mijn schouders achterover.
    ‘Belachelijk wat er dit weekend is gebeurd, hè!’
    Sorry
    Sorry
    Ik glimlach als ik een blik werp op de andere weghelft. Daar heeft Kensington wel een punt. Sorry, mensen. Ik steek verontschuldigend mijn hand op. Aan de andere kant staat het muurvast zoals iedere dag. Gelukkig rijd ik zowel ’s ochtends als aan het eind van de dag de goede richting op. Ik heb nooit file.
    Oost-Europees mokkel
    Oost-Europees mokkel
    Zalig de armen van geest
    Zalig de armen van geest
    Jaloers keek hij altijd naar de kinderen die meteen begonnen met schrijven. Hij kon dat niet. Bijna de hele opstel-les bestudeerde hij de posters in het lokaal. Of hij staarde door het raam naar buiten. Soms kruiste zijn blik die van de onderwijzer. Geschrokken sloeg hij dan zijn ogen neer. Hij moest aan het werk. Niet dromen.
    • Grey Facebook Icon
    • Grey Twitter Icon
    • Grey LinkedIn Icon
    • Grey Tumblr Icon
    • Grey Pinterest Icon
    • Grey YouTube Icon
    • Grey Instagram Icon

    © 2013 - 2021 Sylvia Visser All rights reserved

    • Grey Facebook Icon
    • Grey Twitter Icon
    • Grey LinkedIn Icon
    • Grey Tumblr Icon
    • Grey Pinterest Icon
    • Grey YouTube Icon
    • Grey Instagram Icon